Terugblik van Eeke Jagers Filosofisch Café met Joke Hermsen 31 maart 2025
Je vraagt je misschien af “waarom moest ik nou de tijd nemen om na te denken aan FOMO en JOMO?” Hieronder probeer ik je dat duidelijk te maken, maar ik ga het niet uitleggen, daar mag je je eigen verbeeldingskracht voor gebruiken.
Het begint bij de lezing van Joke Hermsen bij Tertulia in het Lokaal. Ik heb geprobeerd haar verhaal op te schrijven hoe ik het begrepen heb en wijd hier en daar een beetje uit.
Joke Hermsen kwam een lezing geven over haar filosofische zoektocht naar heimwee, verte-pijn en hoop. Ze stelde hierbij de vragen: waar voelen we ons eigenlijk thuis? En is dit een ruimtelijke vraag of ook een vraag van tijd? Spoiler alert: Volgens haar zijn heimwee en verte-pijn het verlangen naar zowel geborgenheid als avontuur.
De mens kenmerkt zich in de vele verschillen tussen uitersten. Of zoals Joke Hermsen het mooi noemde: bij het duiden van de mens gaat het altijd om het vinden van een harmonisch evenwicht tussen polen van tegenstelling. Het verlangen naar avontuur in de toekomst en heimwee naar iets uit het verleden bestaat dus naast elkaar.
De argumentatie hiervoor haalt Joke uit verhalen uit de klassieke oudheid en haar persoonlijke ervaringen. Zij kent deze heimwee en het verlangen naar elders al sinds haar kindertijd. Ik denk dat iedereen wel momenten van heimwee en verlangen naar avontuur kent. Uiteraard ieder op zijn eigen manier.
Joke Hermsen stelt dat wij als mens altijd terugverlangen naar een oude onachterhaalde geschiedenis die we desondanks toch met ons meedragen. Een soort prehistorie van het menselijke individu. Namelijk die van de allereerste jaren van ons leven. We kunnen ons er niks tot vrij weinig van herinneren, maar zeer waarschijnlijk is het de periode van de grootste ontdekkingstocht van het leven. Vers in het leven is alles nog onbekend en moeten we alles nog ontdekken. We ontdekken non-stop vol verwondering en verbondenheid met de wereld allerlei vormen van driften, angsten, plezier, pijn, verdriet, genot, et cetera.
Er is een aantal momenten dat markeringen aanbrengt in deze ontdekkingstocht. Bijvoorbeeld het moment dat we de taal in de vingers krijgen en we ‘ik’ kunnen zeggen. Hier begint de scheiding tussen het ‘ik’ en de rest van de wereld. Maar dan nog steeds ervaart, ontdekt, onderzoekt en leert het kind zonder al te veel te determineren en onderscheiden. In die eerste jaren zijn we als kind open en onbevangen. Pas na een jaar of 7, 8, 9, 10 zijn we niet meer één met de wereld, maar zijn we van andere individuen afgescheiden individuen.
Onze onbevangenheid en pure verbondenheid met de wereld heeft dan, hopelijk nog niet helemaal, plaatsgemaakt voor oordeel. We zijn niet meer het avontuur, maar dragen aspecten van dit grote avontuur in ons, terwijl we er niet echt meer bij kunnen. We zijn dus eigenlijk in de aap gelogeerd, want het is dodelijk vermoeiend altijd tegenover de dingen, de natuur, de ander te moeten staan. En zo hebben we het verlangen gekregen om terug te keren naar deze staat van verbondenheid met de wereld. Maar ook het verlangen naar het beleven van dat grote avontuur, die staat van verbondenheid met de wereld, dat we hebben verlaten. Dit verklaart dat de heimwee en het verlangen naar elders eigenlijk niet zulke tegenpolen zijn.
We beginnen aan het eind van ons eerste levensdecennium niet alleen het verschil te ervaren tussen onszelf en de rest van de wereld, we worden ons ook bewust van tijd en onze sterfelijkheid en die van onze naasten. Dat is een grote schok. Een loodzwaar besef dat angst en gevoelens van zinloosheid kan opwekken. Ze leggen een basis onder de melancholie van de mens.
Terzijde. Als je hierbij stil staat, begrijp je ineens ook waarom pubertijd zo’n heftige periode kan zijn voor tieners. Ga er maar eens aan staan: je bent ineens niet meer verbonden met de wereld zoals je dacht te zijn, je staat er alleen voor en oh ja je gaat dood en je familie en vrienden ook. Maar je moet wel even een eigen plek gaan vinden in de wereld. En tegenwoordig moet je ook heel erg gaan presteren en vooral je hersens laten werken. Voelen is niet meer zo relevant. Bovendien, iedereen houdt in de gaten wat je doet, dus via social media moet je je beste kant laten zien. Nou lekker dan. Dat gaat dus niet.
Terug naar Joke Hermsen: Dit besef, deze angstige gevoelens, noemt zij de ‘donkere wolk’ die we altijd wel eens hebben. Die donkere wolk van melancholie is op zich niet erg. Sterker, hij kan een grote kracht zijn, maar heeft lichtpuntjes nodig om gezond te blijven. Want als hij gezond is wordt hij zacht, creatief, liefdevol. Lichtpuntjes ontstaan door er aandacht aan te geven. Een ongezonde donkere wolk wordt zwartgallig, heeft geen behoefte aan verandering, ziet geen lichtpuntjes en leidt uiteindelijk tot depressiviteit.
Joke Hermsen vindt het daarom ook jammer dat depressiviteit in de psychologie zo is blijven hangen als begrip. Melancholie biedt namelijk zoveel mooie aanknopingspunten om het leven mooier te maken. Depressiviteit is gewoon rot, het beschouwt de donkere wolk en lichtpuntjes niet als een menselijk gegeven dat je kan koesteren en verzorgen.
Om die donkere wolk en lichtpuntjes te verzorgen, ze aandacht te schenken en gezond te houden is tijd nodig. Dit brengt ons op het derde punt dat Joke Hermsen aanstipt in haar zoektocht: hoop. Ze stelt eigenlijk dat rust en tijd voor lichtpuntjes in de donkere melancholische wolk zorgen. Tijd en rust geven de ruimte om te reflecteren en te ontspannen; te zijn met de melancholie. Hierdoor kan empathie, liefde en creativiteit groeien. En door empathie, liefde, creativiteit voelen we ons veilig en geborgen en blijven we gezond. Daar komt bij dat als we deze ervaringen van empathie, liefde, creativiteit hebben, we de onzekerheid van de toekomst hoopvol kunnen benaderen en antwoorden kunnen vinden op problemen en uitdagingen. Hoe werkt dat eigenlijk? Ons kritische bewustzijn stelt ons in staat dingen voor te stellen die we feitelijk niet kunnen bepalen, zoals een toekomstige gebeurtenis. De toekomst is namelijk altijd onzeker, hoe goed een toekomstscenario ook mag zijn. Er kunnen altijd onvoorspelbare dingen gebeuren. Die onzekerheid betekent dat de uitkomst van een toekomstscenario verschillende kanten op kan gaan, positief en negatief. Een ongezonde melancholie produceert één grote donkere wolk. Een gezonde melancholie helpt ons de positieve kanten van de toekomst voor te stellen, oftwel te hopen op een positieve toekomst zonder de negatieve risico’s te negeren.
In onze huidige maatschappij is er steeds minder tijd, steeds minder mogelijkheid om rust te kunnen nemen. Joke Hermsen waarschuwt ons voor de gevaren hiervan. De wijze waarop de huidige maatschappij is ingericht draait immers tijd en rust de nek om en hiermee de mogelijkheid van de mens om hoopvol gestemd te kunnen blijven. En als de hoop verdwijnt, is de wanhoop al lang vervlogen en ontstaat er pure angst.
Het pleidooi van Joke Hermsen: neem tijd en rust en verbind je kritische bewustzijn diepgaand aan verbeeldingskracht en hoop.
STOP MET FEAR OF MISSING OUT EN OMARM JOY OF MISSING OUT!
In de boeken Onder Een Andere Hemel en Tijd Is Hoop schrijft Joke Hermsen over heimwee, verte-pijn en hoop. Je kan op jokehermsen.nl ook data voor lezingen van haar vinden. Als je haar boeken leest en naar haar lezingen gaat, dan kan je onderzoeken of bovenstaand verhaal wel echt klopt. Ik zou teleurgesteld zijn als mijn verslag niet klopt, maar goed: zonder teleurstelling geen hoop en zonder hoop geen teleurstelling.
Eeke Jagers
april ‘25